Basisbehoeften zoals veiligheid, verbondenheid en autonomie vormen de kern van persoonlijkheidsontwikkeling volgens het schematherapiemodel. Maladaptieve schema’s zijn hardnekkige patronen die bestaan uit herinneringen, gedachten en emoties die ontstaan wanneer deze basisbehoeften onvoldoende vervuld worden in de jeugd. Mensen ontwikkelen copingmechanismen om met deze schema’s om te gaan. Maladaptieve schema’s bij ouderen kunnen veranderen, verminderen of opnieuw geactiveerd worden door levensfasegebonden aspecten. Er bestaan ook positieve schema’s, ofwel gezonde patronen, die ontstaan wanneer emotionele behoeften wel vervuld worden. Positieve schema’s kunnen specifiek voor ouderen een therapeutisch aangrijpingspunt zijn, omdat zij vaak eerder in hun leven beter gefunctioneerd hebben en gebruik kunnen maken van deze ervaring. Schemamodi zijn tijdelijke gemoedstoestanden die bestaan uit actieve sets van schema’s en copingstijlen. Ze kunnen functioneel of disfunctioneel zijn en kunnen verschillende gedragingen en emoties omvatten.