Veel mensen hebben last van chronische buikpijn, waarvoor bij een aanzienlijke groep patiënten geen organische verklaring wordt gevonden. Veel patiënten hebben tevens defecatieklachten. In dat geval is er meestal sprake van het prikkelbaredarmsyndroom. Andere aandoeningen zijn onder andere inflammatoire darmziekten (ziekte van Crohn en colitis ulcerosa), inflammatory bowel disease (IBD), pelvic inflammatory disease (PID), angina abdominalis, coeliakie, lactose-intolerantie en endometriose. Bij het voortduren van buikpijn zonder organische verklaring voor de klachten spelen ongerustheid, emoties en ziektegedrag een rol. De diagnostiek van organisch verklaarbare buikklachten is lastig omdat buikpijn van veel orgaansystemen, maar ook van de buikwand, afkomstig kan zijn. Een grondige anamnese en een buikonderzoek dienen altijd plaats te vinden. Aanvullende diagnostiek hoeft alleen plaats te vinden als er op grond van anamnese en onderzoek aanwijzingen zijn voor (een verhoogd risico op) een organische aandoening als oorzaak van de klachten die consequenties heeft voor het beleid. Een verandering in het defecatiepatroon dient, in het bijzonder op oudere leeftijd, te leiden tot nadere diagnostiek.