Een 63-jarige vrouw wordt door haar tandarts verwezen in verband met leukoplakische veranderingen van de buccale gingiva in vrijwel de gehele onderkaak. Ongeveer 25 jaar geleden is door een andere tandarts de diagnose gesteld op lichen planus. Door een enkele jaren geleden elders geconsulteerde kaakchirurg is de diagnose op het toenmalige klinische beeld eveneens gesteld op lichen planus en is een proefexcisie verricht. Uit het verslag van de patholoog bleek sprake van hyperkeratose zonder ongunstige, dysplastische veranderingen in het epitheel. Er werd geen ondersteuning gezien voor de diagnose lichen planus. Mede gelet op afwezigheid van klachten is geen behandeling voorgesteld en is de tandarts geadviseerd patiënte jaarlijks te controleren. Er zijn geen etiologische momenten. Patiënte vertelt nooit te hebben gerookt. Hoewel patiënte nog steeds klachtenvrij is en het klinische aspect van de leukoplakie in de loop van de jaren niet wezenlijk veranderd lijkt te zijn, was er nu toch behoefte aan hernieuwd advies voor het te voeren beleid.