Ouders en professionals die worden geconfronteerd met agressief en zelfdestructief gedrag van kinderen staan voor een dilemma. Het gedrag van deze kinderen wordt gekenmerkt door grenzenloosheid, oncontroleerbare uitbarstingen en een steeds grotere neiging om tot het uiterste te gaan. Op momenten van confrontatie luidt hun boodschap meestal: ‘Laat me met rust!’ of: ‘Dat bepaal ik zelf wel!’ Onvermijdelijk komen de ouders van dit soort kinderen erachter dat de manier van reageren die ze gewend zijn en de aanpak die doorgaans wordt aanbevolen geen effect hebben. Proberen ze het met terechtwijzingen, dreigementen en straf, dan reageert het kind in dezelfde toonzetting en escaleert het agressieve gedrag. Kiezen ouders voor de weg van overreding, acceptatie en begrip, dan negeert het kind deze pogingen om het kind te bereiken en kijkt het op de ouders neer. Het ouderlijk huis, dat een veilige haven voor het gezin zou moeten zijn, verandert in een slagveld waar het kleinste meningsverschil tot een gewelddadige botsing kan leiden. Dit brengt ons bij de hoofdvraag van dit boek: hoe kunnen we optreden op een manier die symmetrische en complementaire escalatie tegengaat? De aanpak die wij in dit boek voorstellen is die van geweldloos verzet. In dit hoofdstuk worden de grondbeginselen van geweldloos verzet gepresenteerd.