Als de huidbarrière niet meer intact is, kunnen er gemakkelijker (bacteriële) huidinfecties ontstaan. Veelvoorkomende primaire bacteriële huidinfecties zijn: impetigo, folliculitis, whirlpooldermatitis, paronychia, panaritium, cellulitis, furunkel, furunculose, erythrasma en erythema chronicum migrans. De meest voorkomende bacteriële verwekkers zijn Staphylococcus aureus en hemolytische streptokokken. Een deel van de bijtwonden (katten, honden) wordt geïnfecteerd. Ernstige huidinfecties gaan vaak gepaard met systemische klachten, koorts, algemeen ziek zijn. Voorbeelden hiervan zijn erysipelas, toxischeshocksyndroom (TSS), staphylococcal scalded skin syndrome (SSSS) en fasciitis necroticans. Impetiginisatie ontstaat secundair bij een al bestaande huidaandoening. Ook bij acne vulgaris en hidradenitis suppurativa ontstaat infectie secundair. Virale huidinfecties worden veroorzaakt door herpes simplex type 1 en 2 (gingivostomatitis en herpes labialis of genitalis), varicellazostervirus (varicella en herpes zoster), humaan papillomavirus (verrucae vulgares) en molluscipoxvirus (mollusca contagiosa). Dermatofyten (schimmels) zoals Trichophyton, Microsporum en Epidermophyton veroorzaken huidbeelden zoals tinea of onychomycose (vorm van kalknagel). Candida-infecties veroorzaken de volgende huidinfecties: intertrigo, paronychia, onychomycose of folliculitis. Parasitaire huidinfectie, zoals hoofdluis, wordt veroorzaakt door Pediculus humanus, variant capitis. Infecties van de weke delen (spier en fascie) zijn zeldzaam (bacteriële pyomyositis, necrotiserende myositis en virale myositis).