In de inleiding wordt het theoretisch kader en het belang van gezinsgerichte schematherapie voor ouders in de fase van pril ouderschap beschreven. De theoretische achtergrond wordt toegelicht aan de hand van het ontstaan van vroegkinderlijk onaangepaste schema’s met de basisbehoeften van ouder en kind als rode draad. Er wordt daarnaast aandacht besteed aan hechting, de invloed van hormonale veranderingen, kindfactoren en maatschappelijke en culturele normen. De integratie van schematherapie en IMH in gezinsgerichte schematherapie voor (aanstaande) ouders wordt geïntroduceerd voor zowel groepstherapie, individueel, partnerrelatie en het systeem. Tevens wordt stilgestaan bij recent onderzoek naar schematherapie voor ouders.