De sprong van de overwegend theoretische studie geneeskunde naar de patiënt in de praktijk vereist een lange aanloop en verloopt meestal met een pijnlijke landing. Iedere medisch specialist herinnert zich de moeizame eerste stappen in de praktijk waarin de medicus door de patiënten wordt geconfronteerd met klachten en gebreken die zich niet houden aan de structuur van studie en studiemateriaal. Anatomie, embryologie, fysiologie en pathologische anatomie vliegen door het hoofd, maar geven geen antwoord op de schijnbaar eenvoudige vragen. Terwijl de beginnend medicus orde tracht te scheppen in de theoretische bagage, voeren patiënten en verpleegkundigen de druk op omdat zij van de arts een snel en doelgericht advies verwachten om de oorzaak van het lijden boven water te krijgen of, liever nog, direct af te rekenen met de kwaal.