Traditioneel includeren we veelal gezonde jonge mannen voor wetenschappelijk onderzoek en passen vervolgens de resultaten toe op man én vrouw. De inzichten hierover veranderen echter en er ontstaat steeds meer bewustwording dat sekseverschillen wel degelijk relevant kunnen zijn bij veel aandoeningen. In haar proefschrift noemt Debby Keuken verschillende voorbeelden. Zo werkt aspirine als primaire preventie bij vrouwen beter op de reductie van TIA’s/CVA’s en bij mannen meer op preventie van een hartinfarct. Vrouwen met COPD krijgen minder vaak een spirometrie omdat behandelaars COPD als een ‘mannenziekte’ beschouwen. Jongetjes met astma krijgen eerder luchtwegverwijders voorgeschreven dan meisjes. Kortom: sekse kan ertoe doen.