Burghout KA, Sigurdsson V, Toonstra J. Niet-melanocytaire huidkanker. Huisarts Wet 2013;56(4):174-8.
Huidkanker wordt door de stijgende incidentie een steeds groter probleem in de westerse wereld. In 80% van de gevallen gaat het om niet-melanocytaire huidkanker. Uv-belasting is de grootste risicofactor voor dit type huidkanker, dat dan ook meestal voorkomt op aan de zon blootgestelde lichaamsdelen. De twee meest voorkomende vormen van niet-melanocytaire huidkanker zijn, in volgorde, basaalcelcarcinoom en plaveiselcelcarcinoom.
Het basaalcelcarcinoom heeft verscheidene klinische en histologischeverschijningsvormen en groeiwijzen. Omdat de behandeling afhangt van het type, is bij een vermoeden van basaalcelcarcinoom altijd histopathologisch onderzoek noodzakelijk.
Het plaveiselcelcarcinoom kan de novo ontstaan, vanuit actinische keratose of vanuit de ziekte van Bowen. Op basis van kliniek en histopathologisch onderzoek onderscheidt men plaveiselcelcarcinomen met een hoog dan wel een laag risico. Deze indeling is van invloed op het verdere beleid.