Bij de geboorte zijn vrijwel alle neuronen van het zenuwstelsel al aanwezig en hebben hun plaats gevonden. Toch kan een pasgeborene de meeste functies van het centrale zenuwstelsel nog niet goed gebruiken. Hiervoor zijn nog jaren van myelinisatie en synaps- en netwerkvorming nodig. Elk kind heeft dus tijd nodig om zich motorisch, verbaal en sociaal-emotioneel te ontwikkelen. Daardoor valt vaak pas in de loop van jaren op dat een deel van het zenuwstelsel zich niet normaal heeft ontwikkeld, bijvoorbeeld doordat een kind niet op de normale tijd leert lopen of praten of doordat er uitvalsverschijnselen zichtbaar worden zoals spasticiteit. De oorzaak daarvan kan dan zowel een afwijkende aanleg of ontwikkeling als een beschadiging of ziekte van het zenuwstelsel zijn die zich dan vaak al ruim voor het optreden van de klachten heeft voorgedaan. Het is dus van belang bij de anamnese altijd al bij de zwangerschap en geboorte te beginnen.