Uit een groot Nederlands onderzoek naar het voorkomen van psychiatrische stoornissen onder de algemene bevolking blijkt dat 41,3% van de volwassenen één of meerdere malen in zijn leven een psychiatrische stoornis heeft gehad. De meest voorkomende stoornissen zijn angst- en stemmingsstoornissen en problemen met verslavende middelen. Naar schatting 160.000 mensen lijden aan een ernstige chronische psychiatrische stoornis. Meer dan 107.000 van hen maken langdurig gebruik van de geestelijke gezondheidszorg (GGZ). Naar schatting één derde van deze groep maakt géén gebruik van de zorg. Vaak hebben patiënten deze zorg wel nodig en leiden ze, door het gebrek aan behandeling, zorg en begeleiding, een verkommerd of zwervend bestaan. Leven met een ernstige psychiatrische stoornis betekent dat symptomen en klachten langdurig, vaak een leven lang, aanwezig zijn.