Betekent de aandacht voor polyfarmacie bij ouderen ook dat we een daadwerkelijk probleem in de huisartspraktijk te maken hebben? In de literatuur ontbreekt een goede omschrijving van het begrip polyfarmacie. Onderzoeken zijn daardoor moeilijk met elkaar te vergelijken en de conclusies zijn niet eenduidig en spreken elkaar soms tegen. Onderzoekspopulaties en onderzoeksmethoden verschilden te veel en veel resultaten zijn bovendien niet toepasbaar op de huisartsartspraktijk.
In eigen onderzoek bleek het chronisch gebruik van twee of meer middelen voor te komen bij een derde van de ouderen in de huisartspraktijk. Meer dan vijf middelen werd chronisch gebruikt door nog geen vijf procent van de ouderen en kwam vooral voor bij hartfalen en astma/COPD. Wij vonden in de praktijk een lage incidentie van aantoonbare problemen door polyfarmacie. Risico op meervoudig medicijngebruik bestaat vooral bij ouderen die cardiovasculaire middelen gebruiken en ouderen die chronisch psychofarmaca gebruiken. De vraag daarbij is steeds in hoeverre bij deze zogenaamde risicogroepen dit medicijngebruik ook werkelijk ondoelmatig is.