Mensen (en dieren) kunnen niet zonder slaap. Slaap is kennelijk zo’n essentiële activiteit van de hersenen dat een derde van het leven slapend doorgebracht wordt. Daarbij past dat slaapstoornissen bijna zonder uitzondering een enorme impact op de ervaren kwaliteit van leven hebben. Hoewel de kennis over slaap de afgelopen decennia enorm is toegenomen, is nog steeds niet duidelijk wat er precies de functie van is en evenmin waarom de slaapbehoefte grote interindividuele verschillen toont. Kennelijk heeft er in de evolutie geen selectie plaatsgevonden van personen die met weinig slaap toekunnen. Toch zijn er duidelijk te onderscheiden en vaak behandelbare aandoeningen van de slaap. Slaapstoornissen kunnen op zichzelf staan, maar komen ook voor in het kader van andere neurologische (met name neurodegeneratieve) aandoeningen. Voor een goede slaap en een daarmee verbonden kwalitatief goede waaktoestand is een intacte structuur en functie van slaapregulerende delen van de hersenen noodzakelijk.