De TF-CBT-modules worden gewoonlijk aan kinderen en ouders afzonderlijk aangeboden in individuele sessies, waarbij in de sessies tijd voor ouders en kind samen wordt ingebouwd die gericht is op het oefenen van vaardigheden en die later, tegen het einde van de therapie, gelegenheid biedt voor open communicatie over de traumatische gebeurtenis(sen). De TF-CBT-modules die terugkomen in het PRACTICE-acroniem zijn psycho-educatie en opvoedkundige vaardigheden, relaxatie, affectieve expressie en modulatie, cognitieve coping, vertellen en verwerken, in vivo beheersing van herinneringen aan het trauma, combinatiesessies met ouder en kind en het versterken van de toekomstige veiligheid en ontwikkeling van het kind. De modules bouwen op elkaar voort en helpen bij de geleidelijke introductie van herinneringen aan het trauma in de loop van drie behandelfasen – de fase van stabilisatie en opbouw van vaardigheden, de fase van het traumaverhaal en de verwerking van het trauma, en de consolidatie- en afsluitingsfase. De modules geven kinderen het gevoel dat ze een bepaalde mate van controle hebben over de ontwikkeling van hun vaardigheden en de verwerking van hun trauma(’s). Het is belangrijk dat de therapeut culturele, religieuze en gezinswaarden in ogenschouw neemt als hij of zij het TF-CBT-model op het individuele kind en zijn of haar gezin afstemt, en dat hij of zij zich bewust is van extra tegenslagen waarmee kind en gezin naast of naar aanleiding van de traumatische ervaringen worden geconfronteerd.