Anamnese en lichamelijk onderzoek zijn bij kwetsbare, oudere, patiënten van primair belang om een adequaat behandelplan op te kunnen stellen. De uitgangspunten verschillen daarbij niet wezenlijk van het klassieke medische onderzoek, maar specifieke onderdelen zullen meer de nadruk moeten krijgen. Ouderdom brengt verlies van orgaanfuncties en homeostatische regelmechanismen met zich mee. De klassieke symptomatologie van aandoeningen ontbreekt vaak en/of wordt vertroebeld door het optreden van meerdere aandoeningen tegelijk. Bijna een kwart van alle ouderen heeft bovendien een psychiatrische stoornis. Multipathologie omvat bij deze patiëntenpopulatie dus ook vaak het gelijktijdig optreden van somatische en psychiatrische aandoeningen. Aandoeningen presenteren zich vaak atypisch of onduidelijk en niet zelden uitsluitend als functiestoornissen of als toegenomen afhankelijkheid. Zowel bij anamnese en algemeen onderzoek als bij de beoordeling van een status localis moet de arts dus beducht zijn op atypische presentaties van klachten en symptomen. Dat een bijzondere vaardigheid en zorgvuldigheid bij fysische diagnostiek aangewezen zijn, spreekt dus voor zich.