‘Communicatie is het voertuig van medisch handelen’, stelde prof. W. Erkelens in 1997 in zijn Gezondheidsraad-lezing. Zonder communicatie is geneeskunde inderdaad ondenkbaar. In het vorige, theoretische hoofdstuk werd communicatie beschreven als het uitwisselen van informatie. Die uitwisseling van informatie is essentieel in de relatie van de arts met een patiënt, van de arts met collegae en andere hulpverleners en, soms, van de arts met het management van zijn organisatie. In dit hoofdstuk beperken we ons tot de relatie van de arts met patiënten. De eerder geschetste theorie vormt de basis voor het begrijpen van de mechanismen die aan de effectiviteit van communiceren ten grondslag liggen. Het doel van dit hoofdstuk is een verder begrippenkader te bieden en een praktische basis te leggen voor het hanteren van communicatieve vaardigheden en het doelgericht en effectief communiceren met patiënten.