De menstruele cyclus is in de puberteit vaak onregelmatig en in het algemeen wordt ervan uitgegaan dat dit bij de normale ontwikkeling hoort. De vraag is of dit terecht is. Bij een deel van de meisjes met een onregelmatige cyclus blijkt er later een fertiliteitsprobleem op te treden. In een grootschalig onderzoek onder 2480 meisjes van 15 tot 18 jaar, het POMP-onderzoek, is nagegaan wat de voorspellende waarde is van het cycluspatroon, van hormoonspiegels en van echoscopie van de eierstokken op 15-jarige leeftijd voor het bestaan van een verstoord cycluspatroon op 18-jarige leeftijd. Bij de basismeting van het cohort -uiteindelijk 2248 meiden – was de verdeling van het cycluspatroon als volgt: 5,9%: premenarche, 5,7% < 6 maanden na de menarche, 62% regelmatige cyclus, 11% OAC-gebruik, 4% oligomenorroe, 0,8% polymenorroe.