Dit hoofdstuk bevat een uiteenzetting van de verschillende onderdelen van het klinisch neurologisch onderzoek die eraan bijdragen om de patiënt op de juiste manier in de gaten te houden. We gaan in op cruciale onderdelen van het klinisch neurologisch onderzoek: observatie van het bewustzijn, spraak, meningeale prikkelingsverschijnselen, de hersenzenuwen en het onderzoek van motoriek en sensibiliteit. Er is aandacht voor de reflexen, en het testen ervan, en de vitale functies, zoals lichaamstemperatuur, zuurstofsaturatie (respiratie) en de bloeddruk en hartfrequentie (circulatie). Vervolgens worden de beschikbare beeldvormende diagnostische middelen behandeld, zoals CT-scan, digitale subtractieangiografie (DSA), magnetic resonance imaging (MRI), elektro-encefalogram (EEG), transcranieel doppleronderzoek (TCD) en evoked potentials (EP).