Binnen het diagnostisch proces beoordeelt de fysiotherapeut of er fysiotherapeutische aangrijpingspunten zijn. Dit wordt gedaan door middel van de intake, screening op rode vlaggen en het fysiotherapeutisch onderzoek met de daarbij behorende core set van meetinstrumenten. Voor de rode vlaggen zijn veiligheidscriteria opgesteld om intensive care patiënten veilig te kunnen mobiliseren en activeren. De meetinstrumenten die worden aanbevolen om bij intensive care patiënten te gebruiken zijn:
-
voor het meten van de responsiviteit van de patiënt: de Richmond Agitatie en Sedatie Schaal (RASS) en de Standardized Five Questions (S5Q);
-
voor het meten van de gewrichtsmobiliteit: de range of motion (ROM);
-
voor het meten van de spierkracht: de Medical Research Council (MRC-)somscore of handheld dynamometrie bij een spierkracht > MRC 3;
-
voor het meten van de spiertonus: de Modified Ashworth Scale (MAS);
-
voor het meten van de sensibiliteit: de (Modified) Nottingham Sensory Assessment (MNSA);
-
voor het meten van de functionele status: De Morton Mobility Index (DEMMI).