In deel 1 van deze casus (zie TP 4, mei 2015, pag. 39-45) schreef een tandarts me onder meer:
“De patiënt ken ik sinds juni 2012. Hij heeft een desastreuze dentitie en komt voornamelijk als hij klachten heeft, zo ook in maart 2013. Hij meldde zich in de weekenddienst met hevige kiespijn. Deze pijn bleek reeds enkele dagen aanwezig. Ik heb toen een zenuwbehandeling uitgevoerd aan de 36. Voorafgaande aan de behandeling heb ik, evenals in 2012, een EMRRH-afgenomen. Beide keren werd slechts hyperventileren als probleem gemeld. De medicatie bestond uit een pijnstiller en een maagzuurremmer. (...)
Twee maanden later krijgt de patiënt een pijnlijke rechter knie waarvoor hospitalisatie in Duitsland volgt. Dit blijkt een infectie te zijn die met antibiotica wordt behandeld maar die niet ongecompliceerd verloopt. De patiënt heeft geen gewrichtsklachten in de anamnese gemeld en ook heeft betrokkenen geen knieprothese. De patiënt stelt mij in een procedure verantwoordelijk voor deze infectie en de gevolgen daarvan. De behandelend arts uit Duitsland steunt patiënt bij deze claim. Gesuggereerd wordt dat de endo niet lege artis is uitgevoerd is omdat geen antibioticum profylaxe is gegeven.”
Na twee jaar komt een eind aan de klachtenprocedure, waarbij arts en juridisch adviseur van de patiënt een schrikbarend gebrek aan kennis tonen. De feiten: