De belangrijkste oorzaak bij het ontstaan van tanderosie is extrinsiek zuur dat door de consumptie van (fris)drank en voedingsmiddelen in de mond komt. Daarnaast speelt bij mensen met een gedrags- en eetstoornis, zoals anorexia nervosa of boulimia nervosa, juist intrinsiek zuur een rol bij erosieve gebitsslijtage. Als door braken maagsap met een pH 1-2 frequent en langdurig in de mond komt, verzuurt de mond, neemt de speekselvloed af en neemt de kans op demineralisatie van hard tandweefsel toe. Daarnaast kenmerken deze voedingsstoornissen zich ook door een afwijkend eetpatroon met specifieke voedingsmiddelen. Bij overmatige gebitsslijtage in relatie tot een eetstoornis is het belangrijk dat tandheelkundige zorgverleners hun patiënten kunnen informeren en instrueren om verder weefselverlies te voorkomen.