‘De markt’ in de gezondheidszorg bestaat uit de zorgverleningsmarkt tussen zorgaanbieders en patiënten/cliënten; de zorgverzekeringsmarkt tussen zorgverzekeraars en klanten; en de zorginkoopmarkt tussen zorgverzekeraars en zorgaanbieders. Op de zorgverleningsmarkt concurreren zorgaanbieders met kwaliteit en service, en zorgverzekeraars op prijs, kwaliteit van dienstverlening, prijs en soorten van aanvullende verzekeringen. Op de zorginkoopmarkt sluiten zorgverzekeraars contracten af met professionals en instellingen die goede en goedkope zorg leveren. Zorg werkt niet als een gewone markt, dus zijn er van overheidswege extra waarborgen: gereguleerde marktwerking. Gebruikers hebben meer een eigen verantwoordelijkheid. De overheid bewaakt en zorgt voor een vangnet middels de Wet Marktordening Gezondheidszorg (WMG) en de Nederlandse Zorgautoriteit (toezichthouder). De Inspectie kan ingrijpen als de zorg niet aan minimale eisen voldoet. Via de GGD’en zorgt de overheid (on)gevraagd voor openbare gezondheidszorg en collectieve preventie. Zij laat zich informeren door regelmatige rapporten van het RIVM en de Inspectie voor de Gezondheidszorg.