Kennis, kunde en opgedane positieve en negatieve ervaringen hebben geleid tot zekerheden. Weet hebben van bepaalde onzekerheden is ook een zekerheid. Door nieuwe ervaringen kan iemand zekerheden ontwikkelen. Zekerheden bepalen het eigen innerlijk structurerend systeem, dat bepalend is voor het doen en laten. Het structurerend systeem in de mens is een permanent veranderend proces. Dit proces is onderhevig aan wisselwerkingen tussen waarneming en indrukvorming, fysiologische reacties, het opslaan in de verschillende stadia van het geheugen, opgeslagen herinneringen en corrigerend systeem. In dit complexe proces ontstaat de cognitieve programmering ofwel het innerlijk structurerend systeem van kennis, kunde, (on)zekerheden, zelfvertrouwen en zelfbeeld. Dit leidt tot het gedrag, de wijze van bejegenen en handelen, wat ook door de ander waargenomen wordt. Bij die ander voltrekt zich een soortgelijk proces. Beschadigingen in het systeem kunnen ingrijpend zijn voor het gedrag.